Interactie tussen woon- en werkmilieus
Een enorme bevolkingsgroei, het ontstaan van industriële bedrijvencomplexen gekoppeld aan enkele grote steden en het aanleggen van een spoorwegnetwerk leggen in België de basis voor het scheiden van woon- en werkmilieus en het ontstaan van grootschalige mobiliteit. Dit werd in de hand gewerkt door ontwikkelingen in de landbouw waardoor er op het platteland minder arbeid was in de voedselproductie. Tijdens de 19de eeuw (1806-1910) groeide de Belgische bevolking van 3 miljoen inwoners tot 7,5 miljoen. De verdubbelingstijd van de bevolking ging van 150 à 200 jaar in de 18de eeuw naar 70 jaar op het einde van de volgende eeuw.5 De industriële ontwikkelingen m.b.t. staal en steenkool uitten zich vooral in de ruime omgeving van Brussel, Antwerpen en de Waalse industrieas Bergen-Luik-Verviers. Deze gebieden verstedelijkten en groeiden dan ook uit tot grote bevolkingsconcentraties. De invoering van goedkope spoorwegabonnementen vanaf 1870 was de katalys